Achtergrond ‘Stem van de Student’

Doel
Versterken pedagogisch didactisch handelen in samenwerking met studenten. Samen elke dag een beetje beter.

Hoe
Met een leuke werkvorm breng je per groep in kaart wat jij en de klas de belangrijkste kenmerken vinden van een goede les.  Vervolgens pas je dingen aan en meet na enige tijd het verschil.

Stem van de Student
Een feedbackcyclus op de lespraktijk van de individuele docent door zijn studenten met als doel het lesklimaat en het pedagogisch didactisch handelen continu te verbeteren.

 Waarom Stem van de student
Je onderwijskundig leiderschap kan je uitbreiden door feedback van studenten.

“…om tot verbetering van het onderwijs te komen krijgt de individuele leraar het advies om continu te werken aan zijn/haar eigen professionele ontwikkeling en daarbij uit te gaan van informatieve data. De belangrijkste bron die hij/zij daarbij kan aanboren treft hij/zij aan in de dagelijkse praktijk van het lesgeven: de studenten.”  (Petegem, 2008)

Waarom nog meer?
Hattie (2009), Petegem (2008) maar ook Diekstra (2012) benoemen dat het geven van feedback door studenten aan docenten het beste middel is om te komen tot goed (excellent) onderwijs.

Studenten kunnen in hun feedback al heel goed aangeven wat zij denken van het onderwijs en hun docenten en vervolgens voorspelt hun mening wat hun resultaten zullen zijn. Zijn zij positief over het onderwijs dan zullen hun prestaties ook meestal goed uitpakken (Gaertner, 2014). Ook blijkt uit zijn onderzoek dat de mening van de studenten over het onderwijs vaak overeenkomt met die van de betrokken docent.

Competentie 7 uit de wet Bio
Competent in reflectie en ontwikkeling: het vermogen eigen opvattingen en competenties te onderzoeken en te ontwikkelen.

Zelfreflectie door docenten komt in veel onderzoeken terug. In 1984 doen Grant en Zeigner al een groot onderzoek naar het reflecterende vermogen van docenten. Zij bepleiten dat de kwaliteit van de docent sterk verbetert als deze regelmatig nadenkt over het eigen functioneren.

Petegem (2008) stelt dat er onderscheid is tussen primaire en secundaire feedback. Als je je daarbij richt op de feedback die docenten ontvangen van studenten op hun functioneren kun je dit als volgt zien:

  • Primaire feedback krijgt de docent als hij kijkt wat zijn gedrag voor effect heeft op de studenten, bijvoorbeeld door te letten op hun non-verbale signalen. Vaak bevestigt primaire feedback vooral de al bestaande opvattingen van de docent over zijn functioneren, hij ziet wat hij wil zien met als gechargeerde conclusie: als de les goed gaat ligt dit aan de docent, als dit niet het geval is ligt het aan de studenten.
  • Secundaire feedback is kwetsbaarder en vraagt voorbereiding en structuur. Er wordt dan volgens een bepaald plan informatie verzameld met als doel er actief iets mee te gaan doen. Hiervoor kunnen diverse methodieken en instrumenten worden ingezet.

Uit het onderzoek van Denen (2014) blijkt dat directe feedback zoals persoonlijke gesprekken met studenten over het onderwijs of een evaluatie tijdens of na de les meer bijdraagt aan de ontwikkeling van docenten dan indirecte feedback. Dit laatste is bijvoorbeeld het achteraf evalueren van een hele leerlijn of het in gesprek gaan met vertegenwoordigers uit de studentenkring.

Hattie en Timperley (2007) geven aan dat de effectiviteit van de feedback die wordt gegeven afhangt van de timing en het soort feedback dat wordt gegeven. Vooral als het gaat om een ontwikkeling van competenties is directe, secundaire feedback van belang.

Bij de Stem van de Student gaat het om regelmatig directe secundaire feedback vragen.

In België is door de Universiteit van Antwerpen en Gent veel verder onderzoek gedaan door Peter van Petegem naar hoe de mening van studenten bij kan dragen aan het verbeteren van het onderwijs in het algemeen en het functioneren van docenten in het bijzonder. In zijn publicatie “Leraren leren van studenten” (Petegem, 2008) onderbouwt hij zijn onderzoek hiernaar en geeft hij een handleiding bij het bijbehorende instrument (de LLL) om feedback van studenten te verzamelen.  Hij zegt hij hierover: “ de mening van studenten inzake het functioneren van de leraar is, gezien hun positie als bevoorrechte getuigen (op het einde van het secundair onderwijs hebben ze ongeveer 13000 uur onderwijs ‘ervaren’), uiterst waardevol. Bovendien slagen zij er ook in – zelfs op jonge leeftijd- om een genuanceerd en eerlijk oordeel te vormen” (Petegem, 2008, p.11) .

Denen (2014) heeft onderzoek gedaan naar de invloed van studentenevaluaties op de competentieontwikkeling van lerarenopleiders en ook zij vindt in de literatuur en in haar onderzoek divers bewijs van het belang van de mening van studenten. Daarbij is belangrijk dat de docenten ook werkelijk wat doen met deze informatie. Er moet sprake zijn van een cyclisch proces. Zij  geeft als aanbeveling om studentenevaluaties  “..structureel vorm te geven en in te bedden in het professionaliseringsbeleid van de lerarenopleiding” (Denen 2014).

De Stem van de Student draagt bij aan het versterken van de leercultuur in het team. HOE?
Het verbeteren van kwaliteit is een leerproces. Het versterken van de leer- of kwaliteitscultuur vraagt om een verandering in attitude. Door reflectie op de dagelijkse lespraktijk (Stem van de Student) groeit het bewustzijn, waarmee de huidige situatie in een ander perspectief komt te staan. Om dit leerproces aan te gaan, is motivatie en tijd nodig en een houding om met en van elkaar te willen leren als individu en als team. Dit draagt bij aan het ontwikkelen van een leercultuur.

Het onderwijsteam wordt verbeteringsgericht vanuit het collectief en individueel lerend vermogen.

Collectief en individueel leren

Collectief leren

  1. Methode en frequentie vastleggen
  2. Zorgen dat resultaten vergelijkbaar zijn
  3. Regelmatig uitkomsten bespreken in het team

Individueel leren

Koppelen aan Resultaat & Ontwikkelgesprekken, scholing

Studenten

Lerend effect voor studenten van feedback geven = grotere bereidheid tot leren

Stappenplan

  1. De docent bewust maken van het belang van feedback
  2. Manieren aandragen voor het ophalen van de feedback
  3. Het invoeren van een systematiek waarmee het hele team de feedback van de student kan ophalen
  4. Studenten leren feedback te geven en er voor zorgen dat ze gehoord worden.*
  5. Borgen van de uitvoering en opbrengst in de R & O gesprekscyclus

* Petegem (2008) schrijft dat door studentenparticipatie te verhogen, studenten ook een grotere bereidheid ontwikkelen tot leren. Hattie en Timperley (2007) tonen aan dat het belangrijk is voor onder andere de cognitieve ontwikkeling voor studenten dat zij regelmatig feedback kunnen geven aan docenten.

Het is van belang altijd alle stappen te doorlopen; aangeven wat er met de feedback is gedaan.

Docenten zijn VIPS, studenten zijn MIPS*

Met dank aan Ilse van der Meij: De Stem van de Student paper 1,2,3,4 en 5

Bewerking: Martin Wagenaar

 

*(most important persons).  :-)